Soms voel ik me op eenzame paden tijdens mijn wandelingen in de natuur weleens alleen. Dan denk ik stel je voor dat ik een onbetrouwbaar figuur tegenkom. Ik neem me dan voor om op zo'n moment mijn zogenaamde hond te roepen of om te zeggen dat ik niet alleen ben. Dit laatste klopt zeker. Ik ben niet alleen. Er zijn altijd engelen om mij heen. Herken je dat gevoel van eenzaamheid dat je kan bekruipen? Of je nu in de natuur loopt of thuis op de bank of in een stoel zit. Overal kun je je alleen voelen. Je kunt je zelfs eenzaam voelen als er mensen om je heen zijn. Toch mogen we ons vasthouden aan bovenstaande tekst waarin staat dat Jezus bij ons is tot aan de voleinding van deze wereld. Hij is dus altijd bij ons! Laten we dat gevoel van eenzaamheid dus maar gauw loslaten. Ik sta op dit moment aan het begin van een zoektocht in de bijbel naar meer teksten die ons mogen bemoedigen als we ons alleen voelen. Wandel je mee?
....'s nachts zal Zijn lied bij mij zijn
Maar de HEERE zal overdag Zijn goedertierenheid gebieden; 's nachts zal Zijn lied bij mij zijn, een gebed tot de God van mijn leven. (Ps. 42:9, HSV)
Ik zal echter voortdurend bij U zijn, U hebt mijn rechterhand gegrepen. U zult mij leiden door Uw raad, daarna zult U mij in heerlijkheid opnemen. Wie heb ik behalve U in de hemel? Naast U vind ik nergens vreugde in op de aarde. Bezwijkt mijn lichaam en mijn hart, dan is God de rots van mijn hart en voor eeuwig mijn deel. (Ps. 73:23-26, HSV)
Want Hij zal voor u Zijn engelen bevel geven dat zij u bewaren op al uw wegen. Zij zullen u op de handen dragen, zodat u uw voet aan geen steen stoot.
Op de felle leeuw en de adder zult u trappen, u zult de jonge leeuw en de slang vertrappen. Omdat hij liefde voor Mij opgevat heeft, zegt God, zal Ik hem bevrijden;
Ik zal hem in een veilige vesting zetten, want hij kent Mijn Naam. Hij zal Mij aanroepen en Ik zal hem verhoren, in de benauwdheid zal Ik bij hem zijn, Ik zal hem eruit helpen en hem verheerlijken. Ik zal hem met lengte van dagen verzadigen, Ik zal hem Mijn heil doen zien. (Ps. 91:11-16, HSV)
De HEERE is bij mij, ik ben niet bevreesd
Uit de benauwdheid heb ik tot de HEERE geroepen, de HEERE heeft mij verhoord en in de ruimte gezet. De HEERE is bij mij, ik ben niet bevreesd. Wat kan een mens mij doen. (Ps. 118:5-6, HSV)
Al ging ik ook door een dal vol schaduw van de dood, ik zou geen kwaad vrezen, want U bent met mij; Uw stok en Uw staf, die vertroosten mij. (Ps. 23:4, HSV)
Worden niet twee musjes voor een penninkje verkocht? En niet een van die zal op de aarde vallen buiten uw Vader om. En ook de haren van uw hoofd zijn alle geteld. Wees dus niet bevreesd, u gaat veel musjes te boven. Ieder dan die Mij belijden zal voor de mensen, die zal Ik ook belijden voor Mijn Vader, Die in de hemelen is. (Matt. 10:29-31, HSV)
U ben met al mijn wegen vertrouwd
HEERE, U doorgrondt en kent mij. Ú kent mijn zitten en mijn opstaan, U begrijpt van verre mijn gedachten. U onderzoekt mijn gaan en mijn liggen, U bent met al mijn wegen vertrouwd. Al is er nog geen woord op mijn tong, zie, HEERE, U weet het alles. U sluit mij in van achter en van voren, U legt Uw hand op mij.
Dit kennen – het is mij te wonderlijk, te hoog, ik kan er niet bij. Waar kan ik Uw Geest ontgaan, waar Uw aangezicht ontvluchten? Al steeg ik op naar de hemel, U bent daar; of legde ik mij neer in de hel, zie, U bent daar. Nam ik vleugels van de dageraad, woonde ik aan het einde van de zee, ook daar zou Uw hand mij leiden en Uw rechterhand mij vasthouden. Zei ik: Ja, duisternis zal mij opslokken! – dan is de nacht een licht om mij heen.
Zelfs de duisternis maakt het voor U niet duister, maar de nacht licht op als de dag, de duisternis is als het licht. Want Ú hebt mijn nieren geschapen, mij in de schoot van mijn moeder geweven. Ik loof U omdat ik ontzagwekkend wonderlijk gemaakt ben; wonderlijk zijn Uw werken, mijn ziel weet dat zeer goed.
Mijn beenderen waren voor U niet verborgen, toen ik in het verborgene gemaakt ben en geborduurd werd in de laagste plaatsen van de aarde. Uw ogen hebben mijn ongevormd begin gezien, en zij alle werden in Uw boek beschreven, de dagen dat zij gevormd werden, toen er nog niet één van hen bestond.
Daarom, hoe kostbaar zijn mij Uw gedachten, o God, hoe machtig groot is hun aantal. Zou ik ze tellen? Zij zijn talrijker dan korrels zand; ontwaak ik, dan ben ik nog bij U. (Ps. 139:1-18, HSV)
Alvast bedankt voor je reactie! Die zijn altijd heel erg welkom!
Helaas hebben wij geen invloed op de advertenties. Wij gebruiken alleen gratis webruimte.
Reactie plaatsen
Reacties